Met een halster in zijn hand liep Alex verder. Hij mocht een paard longeren wat vandaag anders geen beweging kon krijgen. En als hem zoiets werd gevraagd dan zei hij meteen ja, hij vond paarden gewoon geweldig. Hij opende de staldeur van de grote zwarte hengst. Dellas, was de naam van deze Arabofries. De hengst stond al te trappelen om te beginnen en toen Alex de stal binnen stapte moest hij het paard lichtjes naar achteren duwen om het tegen te houden. Een glimlachje verscheen op Alex zijn gezicht terwijl hij het halster bij het paard omdeed. Terwijl hij het paard op de hals klopte zei hij ‘Kom maar, we gaan jou eens even laten bewegen.’ Hij klikte het halstertouw vast en nam Dellas mee naar de paddock. Daar klikte hij het halstertouw weer los en liet hij Dellas wat rennen. Het was leuk om te zien, de zwarte hengst leefde zich echt uit, geweldig. Toen de hengst na een tijdje weer rustig was geworden wou Alex de hengst weer vastmaken. Maar die had een ander idee en rende weg, hij wist van vroeger nog wat hij moest doen en begon het paard weg te jagen. Zo liet hij het paard rennen, en telkens als die terugviel naar draaf, maar geen goede tekens aangaf joeg Alex het dier weer op. Totdat het zwarte paard uiteindelijk zijn hoofd naar beneden bracht, en in draf overging. Vervolgens maakte Dellas kauwbewegingen en richtte hij de aandacht op Alex. Die Dellas uitnodigde om naar hem toe te komen en het dier beloond. Na nog even longeren bracht Alex Dellas terug naar de stal. Hij gaf Dellas nog een wortel en liep het stalgebouw uit. Waar hem een verassing wachtte. ‘Hé, kijk wie we daar hebben.’ Werd er geroepen. Alex keek om en zag drie jongens uit zijn klas, wat van die rijke rotjongens. Hij draaide zich weer om, maar de jongens stonden nu al recht achter hem. ‘Wat doet meneertje weardo hier?’ vroeg een jongen. Die zichzelf als leider van het groepje beschouwde. Ze reden alle drie paard, en hadden hier waarschijnlijk hun paarden gestald. Dezelfde jongen die toen net sprak maakte weer een opmerking. ‘De paarden afschrikken met je emo-uiterlijk. Of de paarden vol piercingen zetten.’ Alex zei niks. ‘Ach mijn vriend,’ zei die weer en hij gaf Alex een klopje op de rug, nou ja, eerder een klap, maar zo dat het net op een klopje leek. Hierdoor ging er een steek door Alex zijn ribben. ‘ik weet niet of je hier welkom bent, ze vinden het namelijk niet leuk als alle paarden opeens weg zijn, of overal piercings hebben.’ Alex negeerde het maar, ook het gemene lachje wat de drie uitbrachten en zag hun verder lopen. Hij draaide zich om en liep weg, hierdoor botste hij per ongeluk tegen een meisje op. ‘Sorry, gaat het?’ vroeg hij toen.
High Holdback.