Haar hoeven gingen over de Drakenberg grens. De grens van Dream horses. Achter haar lag verdriet, pijn, kwelling en dood. Voor haar hopelijk een leven. Een goed leven zonder stress, kwelling en al die andere dingen. Een traan droop van haar snoet, het afscheid van daarnet was vreselijk. Amani voelde de pijn hangen van de paarden die kwamen. Yara, Kearn, Padeau, Courage en nog wat paardjes. Het had haar nog meer verdriet gedaan om te zeggen dat ze vertrok, voor altijd nog wel. Amani liep nu samen met Padeau in een ander gebied, wat haar trouwens niet aanstond. De reis was zwijgzaam en verdrietig. Amani zei niets, niet omdat ze dat wou maar het was te deprimerend. Af en toe hielden ze stil om wat te eten en Padeau te voeden.
Voor de zoveelste keer in de weken zuchtte ze lang en liet ze haar hals nog een stukje hangen. Amani was moe, haar benen waren stijf van het lopen en haar hoofd bonste. Ze voelde droog zand onder haar hoeven en even later natter zand. Het ruisen van de zee maakte haar hoofd leeg. Even geen gepieker over Painted, Fire Flame, Padeau, je vrienden, je leven en al die shit. Oh fijne oppepper bedacht Amani zich knorrig. Woedend gooide ze haar been in de lucht en hief haar hoofd met een ruk fier. Het was voorbij met Painted, het was voorbij met de Fire Flame, er zou niets gebeuren met Padeau en je vrienden wachten op je. Die shit is kak. Amani snoof. Painted had háár laten zitten, niet anders om. De vorige keer omdat hij een ander leuk vond en nu liet hij haar zitten met de kudde en Padeau. Nog bozer steigerde ze. Eenmaal weer met 4 benen op de grond haalde ze diep adem. ‘Sorry.’ Sprak ze fluisterend tegen haar dochter. Opeens snoof ze indringend. Haar neusvleugels trilden en hoewel ze niets kon zien kon ze het vóélen. Een vreemd wezen. Opeens kalmeerde ze redelijk. Die lucht had bij Nojin gehangen. Hij had gezegd dat het mensen waren. Een gevoel van angst overviel haar. Was ze bij de mensen? Amani wist even niet wat ze moest doen en wachtte maar af.
[Padeau als ze wilt en anders iemand die Amani (en Padje als ze wilt) vangt.)
Voor de zoveelste keer in de weken zuchtte ze lang en liet ze haar hals nog een stukje hangen. Amani was moe, haar benen waren stijf van het lopen en haar hoofd bonste. Ze voelde droog zand onder haar hoeven en even later natter zand. Het ruisen van de zee maakte haar hoofd leeg. Even geen gepieker over Painted, Fire Flame, Padeau, je vrienden, je leven en al die shit. Oh fijne oppepper bedacht Amani zich knorrig. Woedend gooide ze haar been in de lucht en hief haar hoofd met een ruk fier. Het was voorbij met Painted, het was voorbij met de Fire Flame, er zou niets gebeuren met Padeau en je vrienden wachten op je. Die shit is kak. Amani snoof. Painted had háár laten zitten, niet anders om. De vorige keer omdat hij een ander leuk vond en nu liet hij haar zitten met de kudde en Padeau. Nog bozer steigerde ze. Eenmaal weer met 4 benen op de grond haalde ze diep adem. ‘Sorry.’ Sprak ze fluisterend tegen haar dochter. Opeens snoof ze indringend. Haar neusvleugels trilden en hoewel ze niets kon zien kon ze het vóélen. Een vreemd wezen. Opeens kalmeerde ze redelijk. Die lucht had bij Nojin gehangen. Hij had gezegd dat het mensen waren. Een gevoel van angst overviel haar. Was ze bij de mensen? Amani wist even niet wat ze moest doen en wachtte maar af.
[Padeau als ze wilt en anders iemand die Amani (en Padje als ze wilt) vangt.)